Netwerken via je online identiteit
Online aanwezigheid
Via allerlei activiteiten die je ontplooit op het internet kunnen anderen zich een beeld vormen van wie jij bent en wat jij doet. Denk bijvoorbeeld aan:
- Je eigen website
- Bijdragen in weblogs en forums
- Portfolio’s van je studie
- Digitale fotoalbums en boekenplanken op het web
- Reacties op websites in gastenboeken en reactieformulieren
- Profielen op netwerksites zoals LinkedIn, Facebook en Google Plus.
- Je online cv en/of profiel in vacaturebanken en internetgidsen
- Je bijdragen op chatsites
- Je profiel in internetgames
- Digitale visitekaartjes, handtekeningen in e-mail
- Je reilen en zeilen dat je bekendmaakt via toepassingen als Twitter
- Citaten van jou (in e-mails of andere correspondentie) die door derden online zijn gezet
- Uitslagen van sportwedstrijden, deelname aan activiteiten, ledenlijsten van verenigingen etc.
Al deze aanwezigheid op het internet schept, soms ongewild, een totaalplaatje van jou. In het normale leven doe je moeite om je werk van je privéleven gescheiden te houden. Je werkgever weet niet wat voor slemppartijen jij tijdens je vakantie meemaakt. Maar als de vakantiefoto’s ineens voor de hele wereld zichtbaar zijn, dan verandert dat de zaak.
Natuurlijk zet je veel van de informatie zelf online (en hopelijk denk je erover na welke informatie je beter achterwege kunt laten), maar een deel van de informatie wordt door anderen wereldkundig gemaakt.
Mensen zijn er zich soms slecht van bewust, maar alles wat je doet, schrijft en plaatst op het internet, laat sporenna. Het lastige aan het internet is: ‘eens geschreven, altijd gebleven’. Wat er eenmaal staat, is vrijwel nooit meer radicaal te verwijderen. Voor zoekmachinedoeleinden en vele andere toepassingen worden enorme hoeveelheden gegevens volautomatisch gekopieerd naar andere computers dan waar jij je bijdrage oorspronkelijk hebt geplaatst. Je begrijpt: iets verwijderen van die oorspronkelijke computer heeft maar nauwelijks zin. Ergens in de wereld staat er vast een kopie van wat jij zou willen verwijderen. Denk dus altijd na voordat je iets met naam en toenaam op internet zet! In potentie kijkt de hele wereld over je schouder met je mee.
Tot zo ver de waarschuwingen. Want het is natuurlijk prachtig dat het allemaal kan. Niet voor niets geldt: ‘wie schrijft, die blijft’ en internet is daar het levende bewijs van. Inmiddels is het bijna zo dat als je niet vindbaar bent op internet, er door de buitenwereld wordt geconcludeerd dat je geen rol van betekenis speelt, in ieder geval niet in het zakelijke verkeer.
Online identiteit gebruiken voor je carrière
Als je aan het solliciteren bent, kun je er zeker van zijn dat leden van een sollicitatiecommissie, headhunters en medewerkers van werving- en selectiebureausnieuwsgierig zijn naar jou. Stiekem willen ze veel meer van je reilen en zeilen weten dan jij opgeeft op je cv en schrijft in je sollicitatiebrief. ‘Wat is dat voor iemand’, vragen ze zich af, als ze de eerste formaliteiten over je hebben doorgenomen en enigszins in je geïnteresseerd zijn geraakt. Je naam is dan gauw in Google ingetikt. Wat vinden ze daar over jou? Een website over je afstudeerproject, een boekrecensie op een boekenmarktplaats, een forumbijdrage over je sollicitatiebrief, een scheldtirade op de systeembeheerder van je oude school, of een lijstje met namen van mensen die zich hebben verenigd tot een club voor nachtelijke grafitti-acties (om maar wat te noemen)? En wellicht nog wel erger, misschien vinden ze wel helemaal niets…
Wil je serieus genomen worden, dan doe je er goed aan ook serieus werk te maken van je online identiteit op het internet. Het is een vorm van personal branding: je maakt van jezelf een ‘merk’. Dingen die je kunt overwegen om te doen:
- Een website en portfolio maken van wie je bent en wat je kunt. Met name in creatieve vakken kunnen dit handige middelen te zijn om te laten zien wat je gemaakt, geschreven en gedaan hebt. Je kunt naar je website of portfolio verwijzen in je sollicitatiebrief of cv, of het adres standaard opnemen in al je mailtjes.
- Je e-mails voorzien van een handtekening en/of een visitekaartjes waarin je in één zin een krachtig beeld van jezelf neerzet (de zogeheten ‘elevator pitch’ of daar een samenvatting van) en/of het adres van je website vermeldt.
- Een profiel aanmaken op netwerksites als LinkedIn, Facebook of Google Plus. Vanwege het meer zakelijke karakter geniet LinkedIn de voorkeur. Vul alle onderdelen van je profiel in en zorg ervoor dat je expertise duidelijk naar voren komt. Upload een mooie neutrale profielfoto van jezelf (Doen! Volgens LinkedIn worden profielen met foto dertig procent beter bezocht) en leg vervolgens contacten met oud-studiegenoten, vrienden, kennissen, (oud-)collega’s en mensen uit voor jou interessante ‘Groups’. Het is raadzaam om af en toe deel te nemen aan discussies. Daarmee breng je jezelf onder de aandacht en ben je beter vindbaar voor potentiële nieuwe werkgevers.
- Een weblog over een interessant onderwerp. Via een weblog kun je je mening over zaken kenbaar maken en er anderen op laten reageren. Wie een weblog heeft over een echt interessant onderwerp kan vele bezoekers trekken. Als je regelmatig nieuwe weblogartikelen schrijft, word je soms na verloop van tijd gezien als expert in het onderwerp waarover je schrijft. Dat kan natuurlijk heel handig zijn voor je carrière.
- Je cv bij een online vacaturebank plaatsen. Er zijn op internet veel vacaturebanken waar je je online cv kunt plaatsen. Dat geeft werkgevers de mogelijkheid een geschikte kandidaat op steekwoorden te zoeken. Let erop dat je goede steekwoorden gebruikt. Ook hier weer geldt: het is voor werkgevers op deze manier zoeken naar een speld in een hooiberg, maar wie weet ben jij die speld…
- Bekijk af en toe hoe je zelf in de zoekresultaten te voorschijn komt als je je eigen naam opgeeft in een zoekmachine. Staan er erg ongewenste dingen bij, doe dan moeite om die te laten verwijderen. Richt je tot de beheerder van de website en vraag hem vriendelijk of hij de informatie wil weghalen.
Belangrijk is dat je al die informatie up-to-date houdt. Dat kost af en toe wat tijd en inspanning. Wil je die er niet in stoppen, dan kun je je beter de moeite besparen om überhaupt een online identiteit neer te willen zetten. Want geen informatie is misschien wel beter dan verouderde of belastende informatie.
Online netwerken
Heb jij succes bij je loopbaan door je online aanwezigheid? Of juist negatieve ervaringen? Vertel erover op het forum.
Netwerken doe je om er eventueel ooit iets aan over te houden. Het hoeft niet direct resultaat op te leveren. Laten weten dat je bestaat en wat je doet zijn de belangrijkste activiteiten bij het netwerken. Daar kunnen alle hierboven genoemde digitale middelen natuurlijk uitstekend voor dienen. Af en toe de mensen in je netwerk attenderen op je nieuwste weblog, of je nieuwste ontwerp of idee dat je via je je website showt: het zijn manieren om jezelf (hernieuwd) onder de aandacht te brengen. Maar vergeet niet: netwerken is ook iets persoonlijks en gaat verder dan showen en namen rondstrooien. Af en toe welbewust contact (persoonlijk of digitaal) onderhouden werkt veel beter dan alleen maar mensen toevoegen in je vriendenbak van Facebook. Toegegeven: mensen denken weer even aan je als je ze uitnodigt als ‘vriend’, maar het gevaar bestaat dat ze zich gebruikt voelen als statussymbool (omdat ze kunnen showen hoeveel ‘vrienden’ ze hebben). Ga dus doordacht en sociaal met je netwerkcontacten om.
Bij netwerken geldt: voor wat, hoort wat. Het kan daarom nuttig zijn om af en toe een forumbijdrage te plaatsen en te reageren op iemands bericht om hem of haar verder te helpen. Die dingen zorgen ervoor dat anderen jou werkelijk gaan zien als waardevol contact. De kans is groot dat die mensen vroeg of laat iets voor je kunnen betekenen.
Bron: carrieretijger.nl



